Gro­te ver­schil­len per sec­tor in im­mu­ni­teit te­gen co­ro­na­vi­rus

November vorig jaar had bijna 20% van alle Limburgse deelnemers antistoffen tegen Covid-19. In Noord-Limburg bleek ruim 23% antistoffen in hun bloed te hebben; in Zuid-Limburg was dat 17%. Daarnaast blijken de verschillen per werksector groot. Zo is het percentage bij brandweer en politie laag en bij medewerkers in de zorg relatief hoog. Dit blijkt uit de eerste resultaten van onderzoek onder 10.000 volwassenen in de provincie Limburg. Het onderzoek, uniek in soort en omvang, vond plaats eind 2020. De eindresultaten worden in juni verwacht.

Voor het onderzoek stonden inwoners van de provincie bloed af en vulden een vragenlijst in. Zij vormen een goede afspiegeling van de regionale samenleving, zowel in leeftijdsopbouw, als in spreiding over de provincie. De Limburgse GGD’s en Maastricht UMC+ voerden het onderzoek uit in opdracht van Provincie Limburg. Doel is om inzicht te krijgen in de factoren die hebben bijgedragen aan snelle verspreiding van het coronavirus in Limburg. “Het is aannemelijk dat inmiddels ongeveer een kwart van de Limburgers besmet is geweest met het coronavirus en immuniteit hiertegen heeft opgebouwd. Dat blijkt op basis van de cijfers uit het onderzoek, maar ook uit het feit dat sinds november het aantal positief geteste personen is toegenomen. Deze mensen beschikken op basis van natuurlijke infectie dus ook over antistoffen. Daarnaast is er momenteel een groep mensen die antistoffen heeft via vaccinatie”, aldus onderzoeksleider prof. dr. Christian Hoebe van de GGD Zuid Limburg.

Provincie Limburg steunt onderzoek

Het coronavirus en maatregelen hebben een grote impact op de samenleving. De Provincie Limburg hoopt door (financiële) ondersteuning aan dit project meer duidelijkheid te geven over de aanwezigheid van corona en antistoffen bij Limburgers. Gedeputeerde Robert Housmans (Sociale Agenda, Zorg en Veiligheid), “Dit onderzoek levert belangrijke inzichten en kennis op die gebruikt kunnen worden in de ondersteuning van het gezondheidsbeleid en maatregelen in Limburg”. Volgens de gedeputeerde zijn de uitkomsten van het Limburgse onderzoek ook buiten de provincie van belang. “De resultaten van dit onderzoek laten zien dat er mogelijkheden zijn om te komen tot een gerichtere vaccinatiestrategie. Er blijken in Limburg immers al flink wat mensen antistoffen in hun bloed te hebben en dus meer immuun te zijn tegen het virus. Dat zal ongetwijfeld ook elders in het land het geval zijn. Deze mensen zou je later kunnen inenten dan anderen, waardoor mensen die nog wel vatbaar zijn voor het virus juist eerder aan de beurt komen. Zeker zolang er tekorten aan vaccins zijn. Ik roep beleidsmakers in Den Haag dan ook op om deze mogelijkheden serieus te overwegen. Dat helpt ook bij het uitzetten van een koers richting verdere versoepeling van maatregelen”, zegt gedeputeerde Robert Housmans. 

Bezoeken in grensregio

“Wonen en werken over de landsgrenzen is voor Limburgers al jaren een vanzelfsprekendheid”, stelt gedeputeerde Robert Housmans (Sociale Agenda, Zorg en Veiligheid). “Het is daarom belangrijk te weten of dit grensverkeer een rol speelde bij de verspreiding. In het onderzoek is gevraagd of deelnemers familie, vrienden of kennissen hebben bezocht in België of Duitsland tijdens de eerste besmettingsgolf. Limburgers die dat deden, blijken minder vaak antistoffen in hun bloed te hebben dan mensen die niet over de grens reisden: 16,3% tegenover 18,2%. Deze resultaten zijn een eerste aanwijzing dat grensverkeer een minder belangrijke rol speelde tijdens verspreiding van het virus in de eerste besmettingsgolf.’’

Eindresultaten van het onderzoek

Op basis van de gegevens uit het onderzoek, worden in de komende periode verdere analyses gedaan. Bijvoorbeeld welke factoren van invloed zijn op besmetting van mensen; welke rol evenementen zoals carnaval hebben op de snelheid van verspreiding van het virus en hoe lang klachten aanhouden bij mensen die besmet zijn. De GGD Zuid Limburg, GGD Limburg-Noord, Provincie Limburg en Maastricht UMC+ verwachten in juni de eindresultaten van het onderzoek te kunnen publiceren.

Verdeling over sectoren

De tussentijdse resultaten van het onderzoek geven ook inzicht in de mate waarin het coronavirus in specifieke werksectoren toeslaat. “Daarbij valt op dat mensen die werkzaam zijn in het onderwijs niet of nauwelijks afwijken van het gemiddelde in Limburg: 18,5% tegenover 19,5% gemiddeld”, aldus Christian Hoebe. “Gedurende de onderzoeksperiode waren de scholen nog open en in elk geval op dat moment bleken zij dus geen coronabrandhaarden te zijn. Onder Limburgers werkzaam in de zorg zien we een beduidend hoger percentage mensen met antistoffen. Dat varieert van zo’n 26% in de thuiszorg en ziekenhuizen tot zo’n 37% in de gehandicaptenzorg. Van de geteste Limburgers die werkzaam zijn bij politie, brandweer en marechaussee zien we een heel ander beeld. Slechts 10,4% van hen bleek antistoffen bij zich te dragen. Dat is ongeveer de helft van het gemiddelde. Met inachtneming van basis-richtlijnen zoals afstand houden, handen wassen en mondkapjes dragen, lijken politiemensen en brandweerlieden hun werk dus relatief veilig te kunnen doen.”

Sluit de enquête