Samenwerken aan betere zorgprocessen

Stel: je komt in een prachtig ziekenhuis met de beste artsen die gebruik maken van de laatste kennis en moderne middelen. Mag je dan ook rekenen op de beste resultaten? Helaas is dat niet altijd het geval. Dan ligt het vaak aan het proces, ofwel: de manier waarop de zorg is georganiseerd. Professionals van het Hart + Vaat Centrum van het Maastricht UMC+ én adviseurs van Medtronic houden zich bezig met het verbeteren van zulke zorgprocessen.

In 2011 sloegen het MUMC+ en Medtronic de handen ineen om zorgprocessen binnen het Hart + Vaat Centrum te verbeteren, met als motto elke dag weer beter dan gisteren. Dat was het begin van een inmiddels 10-jarige samenwerking, die nu is verlengd met 5 jaar (lees meer). Cardioloog Twan van Stipdonk en Medtronic Integrated Health Solutions-consultant Stijn Schretlen vertellen waarom deze samenwerking nodig is, aan de hand van één concreet voorbeeld: de CRT-behandeling, of cardiale resynchronisatietherapie. De verbeteringen in dit zorgproces zorgden ervoor dat minder patiënten in het ziekenhuis werden opgenomen en zelfs minder patiënten overleden.

Hartkamers weer tegelijk laten samentrekken
Ten eerste, CRT in eenvoudige taal: als het hart niet meer goed pompt noemen we dat hartfalen. Dat kan verschillende oorzaken hebben, zoals een ziekte aan de hartspier of een hartinfarct. Bij sommige mensen met hartfalen is het probleem dat de linker- en de rechterkamer van het hart niet tegelijkertijd samentrekken. Als het lukt de hartkamers wél tegelijk te laten samentrekken, kan het hart het bloed weer beter rondpompen en ervaren patiënten minder klachten. Dat kan door een speciale pacemaker of ICD (een implanteerbare defibrillator) te plaatsen. Dat noemen we cardiale resynchronisatietherapie of CRT. In het Maastricht UMC+ krijgen jaarlijks 150 nieuwe patiënten een CRT-behandeling, landelijk gaat het om ongeveer 2500 patiënten.

Complexe zorg
We hebben te maken met complexe zorg, legt de in hartfalen gespecialiseerde cardioloog dr. Twan van Stipdonk uit. ‘CRT is veel meer dan alleen een apparaatje inbrengen. Er zijn veel experts betrokken: een cardioloog die verstand heeft van de hartfalen, een electrofysioloog die alles weet over de elektrische signalen die het hart doen kloppen, de technicus voor het instellen van een pacemaker of ICD en een hartfalenverpleegkundige die de patiënt begeleidt. Voordat wij het zorgproces verbeterden, communiceerden deze professionals weinig met elkaar. Laten we een voorbeeld beschrijven over een patiënt die al een CRT-pacemaker heeft: de patiënt komt met klachten bij de hartfalencardioloog, vanwege vocht op de longen geeft ze plaspillen. Omdat het mogelijk met de instellingen van de pacemaker te maken heeft verwijst ze ook naar de technicus. Hier kan de patiënt twee dagen later terecht. Hoewel de technicus wat kan aanpassen, ziet hij ook een ritmestoornis waarnaar de electrofysioloog moet kijken, waarvoor over één maand een afspraak is. Deze constateert inderdaad een ritmestoornis waarvoor een behandeling volgt, maar wil ook dat er naar de hartfalenpillen gekeken wordt en verwijst patiënt naar de hartfalenverpleegkundige. Om de zorg te krijgen die nodig is, moet de patiënt in korte tijd bij vier verschillende zorgprofessionals komen. Dat is geen goede zorg, als je het mij vraagt.’

Stijn Schretlen en cardioloog Twan van Stipdonk
Stijn Schretlen en Twan van Stipdonk
Hart + Vaat Centrum

Het Hart+Vaat Centrum (HVC) is onderdeel van het Maastricht UMC+. Meer dan 600 medewerkers leveren 24 uur per dag de best mogelijke zorg voor uw hart en vaten. Patiëntenzorg gaat hand in hand met hoogwaardig onderzoek en onderwijs. Ons personeel is uitstekend opgeleid en wij bieden u de nieuwste medische behandelingen op basis van de laatste wetenschappelijke inzichten. Wij behandelen niet alleen hart- en vaatziekten, maar geven ook gericht advies omtrent leefstijl, gewicht en voeding om zo hart- en vaatziekten te voorkomen. Op het gebied van aortachirurgie, trombose en hartfalen behoren we tot de internationale top.

Ga naar de website van het Hart+Vaat Centrum

Ervaringsdeskundige: Frans Masthoff

De nu 75-jarige Frans Masthoff had in 2010 een actief leven. Hij werkte, net als zijn vrouw, voor André Rieu en reisde veel. Toch had hij in dat jaar een stent nodig, vanwege een vernauwde slagader. Hij werd daardoor bewuster van zijn leefstijl, maar dat kon niet voorkomen dat hij in 2017 een open hartoperatie nodig had na een hartaanval. Zoals bij veel patiënten die een hartaanval overleven, leidde dat bij Masthoff tot een verminderde hartpompfunctie, hartfalen dus. ‘Toen kwam CRT ter sprake,’ vertelt Masthoff, ‘in eerste instantie twijfelde ik over zo’n apparaat in mijn lichaam. Maar ik had goede gesprekken met de cardioloog en hartfalenverpleegkundige. Ik kreeg het gevoel dat zij wisten waarover ze spraken, dus ik besloot er voor te gaan.’ Na het inbrengen van een ICD, bezocht Masthoff de hartfalenverpleegkundige en technicus. ‘Na twee weken en na twee maanden kwam ik in het ziekenhuis om te bespreken hoe het ging en om de ICD uit te lezen. Ik heb het gevoel dat elk bezoek écht naar me wordt gekeken, ook nu tijdens de halfjaarlijkse controles. De gezamenlijke afspraken en gesprekken met de cardioloog zorgen ervoor dat de bezoeken aan het ziekenhuis altijd zin hebben en ik telkens met vertrouwen weer een half jaar door kan.’

Aanvullende perspectieven
Stijn Schretlen en Twan van Stipdonk waren gemotiveerd om dit te verbeteren. Schretlen verwonderde zich over de CRT-behandeling. ‘Ik ben geen arts, dus kijk anders naar de zorg. Ik zie de organisatie en processen en vraag me af hoe dat beter kan. Dat zijn aanvullende perspectieven. Bij de CRT-behandeling zag ik kansen om de zorg écht rondom te patiënt te organiseren en niet rondom de expertise van de verschillende zorgprofessionals. De zorg zo organiseren noemen we het creëren van een zorgpad’. Deze manier van kijken is écht een aanvulling op hoe artsen naar de zorg kijken, legt Van Stipdonk uit. ‘Dokters zijn opgeleid om mensen beter te maken. We hebben weliswaar lang gestudeerd, maar bijna geen aandacht gehad voor het organiseren van de zorg, voor de vraag hoe je slimme processen ontwerpt. Ik vind dat je dat ook niet van dokters kunt vragen, want dat is een ander vak, het vak van Stijn en zijn collega’s.’

Echt samenwerken
De kern van het nieuwe CRT-zorgpad gaat over écht samenwerken tussen professionals: de hartfalencardioloog en elektrofysioloog bekijken gezamenlijk de doorverwijzing van de nieuwe patiënt, de verpleegkundige en elektrofysioloog informeren samen de patiënt over de behandeling en de ICD of de pacemaker. Na het plaatsen van het apparaat komt de patiënt na tien dagen, twee maanden, zes maanden en daarna indien nodig elk half jaar naar het ziekenhuis. Dan wordt gecontroleerd of het goed gaat, of het apparaat bijgesteld moet worden en of extra medicatie nodig is. In het nieuwe zorgpad krijgt de patiënt bij die controles altijd een afspraak met de hartfalenverpleegkundige én technicus tegelijk. Zij bespreken hoe het met de patiënt gaat en of er de afgelopen periode nog iets veranderd is. Daarvoor is een uur gereserveerd. Aansluitend besluit de cardioloog samen met de patiënt over wijzigingen in de behandeling. Van Stipdonk benadrukt dat het niet eenvoudig was om dit te organiseren. ‘De verschillende specialismes werken met verschillende planningen, die niet automatisch matchen. Stijn en ik moesten dus afdelingen bij elkaar brengen en mensen overtuigen om hun eigen werkwijze aan te passen om één zorgpad te organiseren. Nu dat gelukt is, ziet iedereen hoe belangrijk het is om zo nauw samen te werken en gebruik te maken van elkaars expertise. Maar vooral: hoeveel het betekent voor de patiënt.’

Wetenschappelijk onderzoek
Het Maastricht UMC+ is een academisch ziekenhuis. Dat betekent dat artsen ook wetenschappelijk onderzoek doen om te bepalen of behandelingen veilig en effectief zijn. Twan van Stipdonk en Stijn Schretlen besloten dus te onderzoeken of het nieuwe zorgpad ook écht betere uitkomsten voor de patiënten betekent. ‘We hebben de uitkomsten van 122 CRT-patiënten van vóór het zorgpad en 115 CRT-patiënten die het zorgpad doorliepen geanalyseerd. De patiënten in het zorgpad zagen minder vaak een dokter, ervaarden minder lange wachttijden, en hoefden rondom de implantatie korter in het ziekenhuis te blijven. Veel belangrijker nog is dat patiënten in het zorgpad minder vaak in het ziekenhuis werden opgenomen voor hun hartfalen én langer leefden dan de patiënten zonder zorgpad. We hebben dus wetenschappelijk aangetoond hoe het verbeteren van het zorgproces leidt tot betere resultaten voor de patiënt.’ De resultaten van dit onderzoek werden in 2022 gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift ESC Heart Failure Journal.

Over Medtronic

Medtronic is een van ’s werelds grootste bedrijven op het gebied van medische technologie, met wereldwijd 90.000 werknemers. De divisie “Integrated Health Solutions” is een onderdeel van Medtronic, en houdt zich bezig met het adviseren van ziekenhuizen over onder andere zorgprocessen, zoals Schretlen in het MUMC+. ‘In totaal helpen we zo’n 250 ziekenhuizen in de hele wereld om hun processen te verbeteren. Wij merken dat het helpt dat we met vreemde ogen naar de gang van zaken in een ziekenhuis kijken. We staan buiten een hiërarchie en hebben geen verleden in een organisatie. Dat maakt dat we ons eerlijk en recht-door-zee kunnen uitspreken over zaken als inefficiënte processen en onhandige werkwijzen. Dat is voor iemand binnen zo’n organisatie vaak moeilijk of zelfs onmogelijk. Bovendien zijn we in de positie om de kennis die we in al die ziekenhuizen opdoen ook elders te delen. Zo hoeven we niet telkens het wiel opnieuw uit te vinden.’

logo medtronic
Sluit de enquête